2/16/2016

NERA



‘Rozen verwelken, schepen vergaan, 
maar mijn herinnering aan jou 
zal voor altijd blijven bestaan.’


Drie jaar geleden overleed mijn kat Minoes. Ik was ontroostbaar. Minoesje was al sinds ik een jaar of drie/vier was een deel van ons gezin. Ik heb altijd het idee dat dat heel suf klinkt, en ik denk dat mensen zonder huisdieren het misschien ook minder snel zullen begrijpen, maar het voelde toch echt zo. Zij was mijn kleine kindje, en iedereen in mijn omgeving wist dit.
Toen zij na al die jaren opeens heel erg ziek werd ben ik meerdere keren ‘gewaarschuwd’ dat ze er op een dag misschien niet meer zou zijn. Ik reageerde vaak wat geïrriteerd dat ik dat wel wist, maar dat dat toch nog niet ging gebeuren. Tot op de dag dat mijn vader mij moest vertellen dat het ‘was gebeurd’ had ik het altijd onbewust ontkend. Ik had nooit gedacht dat zo’n klein beestje zo’n impact kon hebben. Ik ben een week lang ontzettend down geweest en kon er niet aan wennen.

In de zomer van 2005 reden wij zoals gewoonlijk naar Italië. Op het moment dat ik bij het huis van mijn opa en oma uit de auto stap zie ik een piepklein zwart katje naast het konijnenhok liggen. Ze schrikt van ons, maar blijft na een mislukte schijnbeweging toch maar liggen. Wat bleek, het katje was samen met haar broertjes en zusjes over het hek gegooid. In Italië heeft het begrip ‘huisdier’ helaas een iets andere betekenis dan dat het hier heeft. Honden heb je als bewaking in je tuin, kippen heb je voor de eitjes en konijnen heb je voor een kerstdiner. Katten zie je niet veel, vaak zijn het zwervertjes. De kippen en konijnen van mijn vaders tante stonden in de tuin van mijn opa en oma omdat daar iets meer ruimte was. Tante kwam deze elke dag verzorgen en zag op een gegeven moment een paar kittens rond huppelen. Hoe ze hen weg heeft gekregen zal ik niet benoemen, maar het was niet oké. Dit kleine katje had ze over het hoofd gezien. Maar ja, wat doet Graziella als zij een kat ziet? Aaien. Altijd. En tegen praten. Wat resulteerde in het feit dat ze niet meer wegging. Na een hilarische wasbeurt, een geïmproviseerd slaapmandje en zelfs een ritje naar de supermarkt voor wat kattenvoer, kwam het einde van onze vakantie, en daarmee het besef dat wij haar achter moesten laten, steeds dichterbij. Mijn oplossing was al duidelijk. Gewoon meenemen. Mijn papa was alleen niet zo’n heftige fan van beesten, en thuis zat er natuurlijk al een op ons te wachten. Daarnaast is het hartstikke illegaal om stiekem beesten mee te nemen over de grens. Toch heeft ook mijn vader een geweten en wist hij dat ze het niet lang zou volhouden hier alleen. 1400 kilometer en heel veel kattengejank later waren we weer thuis. Met kleine Nera. Ons nieuwe kindje.
Meer dan tien jaar later werd ook zij ziek. Een nieraandoening, zei de dokter. Ze ging steeds sneller achteruit, totdat ze op een dag zo zwak was dat opstaan uit haar mandje als niet meer zonder gekreun kon. 

Zaterdagavond heb ik op haar gewacht. Ik durfde niet weg te gaan, bang dat als ik terug zou komen ik degene zou zijn die haar zou vinden. Zondagochtend trof papa haar aan in de kattenbak. Ze had toch nog een poging gedaan, maar had de kracht niet meer om eruit te komen. Nadat hij haar had verplaatst naar haar mandje is ze niet meer veranderd van houding. Ze kon niet meer.
We hebben haar ’s middags laten inslapen. Ik was opnieuw ontroostbaar, maar ik weet dat ze klaar was.

Ik mis haar nu al ontzettend, en het idee dat er nu helemaal geen beestje in huis meer rondloopt om mee te knuffelen of om tegen te babbelen vind ik heel raar. Na bijna twintig jaar weet je gewoon niet anders. Valentijnsdag zal nooit meer hetzelfde zijn. Maar het zal wel wennen, denk ik. Zoals alles went. 


1 opmerking: